Rechter: Administratiekantoor aansprakelijkheid afdracht pensioenpremie cliënt

Een accountantskantoor is aansprakelijk voor het onjuist indelen, niet correct berekenen en/of afdragen van pensioenpremies aan bedrijfstakpensioenfondsen voor cliënten. Dit geldt ook bij enkel een samenstelopdracht. Is een administratiekantoor ook aansprakelijk, indien zij deze taken behartigt en niet juist uitvoert? De rechter oordeelt dat dit afhankelijk is van de opdracht.   Samenvatting PJ 2014/191 Een administratiekantoor heeft in opdracht van haar cliënt voor de periode oktober 2006 tot medio 2012 werkzaamheden verricht, waaronder het verzorgen van de financiële administratie, belastingzaken, loonadministratie en bedrijfs- en financiële advisering en fiscale vertegenwoordiging met betrekking tot de eenmanszaak van de cliënt. Tot de opgedragen werkzaamheden behoorden onder meer het berekenen van loon en pensioenkosten en de afdracht daarvan. Tijdige (en correcte) gegevensaanlevering aan het sociaal fonds en aan het pensioenfonds is achterwege gebleven, en premienota’s zijn onbetaald gelaten. Ondanks herhaalde aanmaning van het fonds – heeft het administratiekantoor nagelaten om tijdig gegevens aan te leveren aan de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Beroepsvervoer over de weg. Client wordt aangemaand door Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Beroepsvervoer voor een bedrag van premies. Client vordert wegens schade als gevolg van toerekenbaar tekortschieten (€ 9.744,71) en wegens buitengerechtelijke incassokosten (€ 833,=) een betaling van in totaal € 10.577,71, te vermeerderen met rente en kosten als vermeld in de dagvaarding in eerste aanleg en voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad. Onduidelijk is waartoe de opdracht aan het administratiekantoor precies strekte. Het Hof oordeelt dat er aansprakelijkheid is voor het administratiekantoor, maar dat beide partijen in samenspraak tot een oplossing moeten komen. Dit toont eens te meer aan dat niet alleen tussenpersonen en registeraccountants aansprakelijk zijn voor het juist uitvoeren...

Fundamentele herziening waardeoverdracht uitgesteld

Het onderwerp herziening van waardeoverdracht wordt verder in behandeling genomen. Dit heeft Staatssecretaris Klijnsma de Tweede Kamer medegedeeld. Het onderwerp word verder in behandeling genomen nadat de parlementaire behandeling van het financieel toetsingskader is afgerond. Volgens Klijnsma is het onderzoek met het oog op de herziening van waardeoverdracht de afgelopen periode stil komen te liggen vanwege prioritering in de capaciteitsinzet. Vanaf januari 2015 is hiervoor capaciteit beschikbaar. In het kader van de herziening van de waardeoverdracht zal Klijnsma ook ingaan op de vraag over de exitvoorwaarden bij aflopende uitvoeringsovereenkomsten met huidige pensioenuitvoerders die waardeoverdracht kunnen blokkeren. Klijnsma streeft ernaar voor de zomer 2015 een brief te sturen naar de Tweede Kamer over de uitkomst van het onderzoek. De herziening waardeoverdracht moet zorgen voor een vereenvoudiging van waardeoverdracht(processen). Zo zal niet de waarde van de pensioenaanspraken, maar de gefinancierde waarde daarvan worden overgedragen. Op het moment dat deze herziening in werking treedt, vervalt ook de tijdelijke beperking van de plicht tot waardeoverdracht bij bijbetalingslasten die vanaf 2013 voor kleine werkgevers geldt....

Wetsvoorstel Versnelde verhoging AOW-leeftijd ingediend

Het wetsvoorstel Versnelde verhoging AOW-leeftijd is op 17 november 2014 aangeboden aan de Tweede Kamer.  Dit wetsvoorstel geeft uitvoering aan het Regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ waarin is opgenomen dat de AOW-leeftijd vanaf 2016 geleidelijk wordt verhoogd naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021 en vervolgens gekoppeld wordt aan de stijging van de levensverwachting. Daarmee wordt na 2015 een versnelling aangebracht in het tempo waarmee de AOW-leeftijd wordt verhoogd als gevolg van de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd (Wet VAP). Voor werknemers die per 1 januari 2013 reeds deelnemen aan een vut- of prepensioenregeling, en zich niet hebben kunnen voorbereiden op de versnelde AOW-leeftijdsverhoging, is een overgangsmaatregel aangekondigd. Deze groep krijgt een overbruggingsuitkering. In lijn met deze versnelde verhoging van de AOW-leeftijd wordt ook de mogelijkheid aangepast om in de tweede pijler onder bepaalde voorwaarden in aanvulling op het ouderdomspensioen een fiscaal gefaciliteerd deelnemingsjarenpensioen op te bouwen. Daarnaast zal de naam van dit vroeger als “40-deelnemingsjarenpensioen” aangeduide pensioen worden gewijzigd in “deelnemingsjarenpensioen”. Het wetsvoorstel is voor een uitvoeringstoets voorgelegd aan de Sociale verzekeringsbank (SVB). De SVB geeft in haar uitvoeringstoets aan dat de gevolgen van het wetsvoorstel beperkt zijn. Volgens de SVB wordt de huidige systematiek van de leeftijdsverhoging niet aangepast, maar wordt de leeftijdsverhoging slechts sneller ter hand genomen. Voor de SVB betekent dit beperkte aanpassingen van het systeem. Ook is het wetsvoorstel voorgelegd aan de Inspectie SZW voor een toezichtbaarheidstoets. Het wetsvoorstel heeft de Inspectie SZW geen aanleidinggegeven tot het maken van opmerkingen met betrekking tot de toezichtbaarheid....